‘Begin te sporten, maar blijf studeren’

‘Begin te sporten, maar blijf studeren’

‘Begin te sporten, maar blijf studeren’ 2560 1920 Maaike Kuipers

Van vier tot half negen, iedere dag weer, vind je Konaté Mariam Sidibé op het sportveld. En met de komst van het basketbal verdwenen de drugs, de misdaad en de leegte langzaam uit de wijk Faladié, in Bamako. ‘Je kunt de beste van de wereld zijn,’ zegt de coach, ‘maar omgaan met kinderen vereist iets anders: geduld, luisteren. Alleen zo kun je ze verder helpen.’

Konaté Mariam Sidibé (in Mali begin je je voor te stellen met je achternaam) woont in Faladié-Séma, een wijk waar een redelijk gegoede middenklasse is neergestreken, met zo z’n eigen gewoontes. ‘Ik was de eerste jonge vrouw hier in de buurt die met het idee kwam om basketbal te gaan spelen. Kinderen zag je hier niet buiten spelen. Dat deed je gewoon niet. En dan komt daar ineens zo’n meid in sporttenue aanzetten! Het eerste wat de mensen dachten was: zooo, die is gek!’ 

Maar zo gek is ze niet. Met een eigen, beëindigde carrière in de sport en een stevige portie charisma heeft ze in een paar jaar tijd een complete sportscène van de stoffige zandgrond getild. Het resultaat mag er zijn, mede dankzij een steuntje in de rug van het Game Changers-programma.

Sinds de training is het veranderd

Konaté legt haar hart en ziel in het trainen van kinderen uit de buurt. De oorspronkelijke scepsis van de toch wat kakkineuze ouders verdween toen ze merkten wat een impact de activiteiten hadden op de kinderen. Konaté verklaart het vanuit de veranderingen in de stad. 

‘Wat we de laatste jaren op ons af zagen komen,’ zegt ze, ‘was steeds meer criminaliteit. Ook hier in de buurt. Jonge tieners aan de drugs. Ze gaan nog wel naar school, maar verder bestaat hun leven uit leegte en spelen op hun mobiele telefoon. Sinds ik de trainingen heb opgezet is dat veranderd. Nu staat heel het veld vol met spelende kids die we bij de les willen houden, want het is niet de bedoeling dat ze terugvallen in hun slechte gewoonten…

‘Zo goed als iedere dag ben ik op het sportveld,’ vervolgt ze, ‘van vier uur tot half negen. We kunnen tot laat doorgaan, want er staat een lichtmast naast het veld. Ik begin met de allerkleinsten, die laat ik lekker ravotten en met ballen spelen. Om zes uur komen de oudere kinderen en met hen werk ik aan techniek, het geven van passes, speltactiek, enzovoort. Ze zijn erg gemotiveerd, omdat ze weten dat je in de sport een carrière kunt nastreven.’ 

Een deel van haar eigen training bij Game Changers bestond eruit hoe je – vooral jonge – kinderen kunt motiveren voor je activiteit. De sleutel, volgens haar: ze serieus nemen. ‘Onze jongeren hebben nogal eens moeite zich te uiten. Zelfs wij, als coaches, hadden de neiging om opdrachten uit te delen die zij dan braaf nadeden. Nu hebben we meer oog voor hun ideeën. We leren ze beter kennen en zo kunnen we ze beter op weg helpen.’ 

Op het veld èn daarbuiten. Kinderen komen vaak uit een gezin waar ze wel gezien mogen worden, maar liever niet gehoord. Konaté merkte dat zelf ook. ‘Ik begeleidde er drie, die stuk voor stuk vreselijk verlegen waren, erg in zichzelf gekeerd. Met de kennis die ik uit mijn eigen training haalde, kon ik ze uit hun schulp laten komen. Dat geldt voor jongens trouwens net zo goed als voor meisjes.’ 

Blijf studeren

‘Of ik zelf in het verleden last met jongens heb gehad? Nee, hoor: nooit. Waarom niet?’ Met een schaterlach beantwoordt ze de vraag. ‘Omdat ik net zo goed was als zij! En dat heeft me trouwens flink geholpen toen ik ten slotte bij de club ging spelen. In mijn huidige werk beschouw ik het vrouw-zijn evenmin als handicap. Als je maar moedig genoeg bent, lukt het best. Ik krijg weleens te horen, via mijn man, dat er commentaar is. Dan zeggen ze in de buurt tegen hem: “Laat je haar dat allemaal doen?” En dan zegt hij: “Ja, natuurlijk. Want dat is wat ze wil.”’

Ondanks haar zichtbare tevredenheid over de kansen van haar pupillen, blijft Konaté wel hameren op het belang van school. ‘Dat hebben we gezien bij de vorige generaties. Die maakten een hoop geld en spaarden vervolgens niet. Dus toen hun carrière voorbij was, hadden ze niets – sommigen moeten bij familie aankloppen voor geld. Mijn boodschap is altijd: blijf studeren.’ 

Desondanks is ze zichtbaar verguld met de een paar mooie resultaten: ‘Wist je dat er al drie jongens uit deze buurt zijn opgepikt door clubs in het buitenland? Twee in de Verenigde Staten en één in Servië. Uit Faladié! Ze zijn nu nog in opleiding, maar die gaan straks geld verdienen…’

Hulp in de buurt, hulp van de buurt

Doorgroei van kinderen door sport. Mariam ziet het ook op heel andere gebieden, en dat beperkt zich niet tot de buurt schoonhouden, hoe belangrijk ook. ‘Hier vlakbij is een plek waar ontheemden zijn gehuisvest. Ze zijn gevlucht voor het geweld in het midden van ons land. Ze leven in een tentenkamp. Wij hebben onlangs een bezoek geregeld vanuit de buurt. Wat hadden de kinderen bedacht? Die verzamelden alles wat ze zelf niet meer gebruikten, vooral kleren, en namen dat mee om te geven aan de mensen daar. Er zat geen centime van buiten bij.’ 

Er is wel iets wat haar dwarszit en dat is dat er te weinig oog is voor het professionele potentieel van sport. ‘Er is veel te weinig sportontwikkeling. Men ziet er niet echt het belang van in en dus is er ook geen geld voor, ook vanuit de overheid niet. Clubs en sportcentra moeten het zelf maar zien te rooien. Sommige vragen een klein bedrag, zeg: anderhalve euro voor een training. 

‘Dat kan in buurten waar wat geld zit, maar er zijn ook buurten waar men echt arm is. Je kunt van minderbedeelde families onmogelijk een bijdrage vragen en al helemaal niet als ze twee of drie kinderen naar het sportveld sturen, dat kunnen ze gewoon niet opbrengen. Ik zie veel talent verloren gaan om die reden.’ 

Dat geldt trouwens ook voor Konaté zelf. ‘Ik doe dit alles voor niets – en dat moet op den duur echt anders. Ik houd ontzettend van dit werk, maar het moet een keer professioneel worden aangepakt en dat houdt ook in dat je mensen gaat betalen voor hun werk. Ikzelf wil ook verder: ik wil een grote vrouwelijke internationale trainer worden, op gelijke voet met de mannen.’ 

Heeft ze een gouden tip voor wie met kinderen wil werken? Jazeker: ‘Je moet van ze houden. Leer ze echt kennen, kom erachter wat ze willen. Als je aankomt met een houding van “moet je eens zien wat ik al bereikt hebt…” – nee, dat werkt niet. Je kunt de beste van de wereld zijn, maar omgaan met kinderen vereist iets anders: geduld, luisteren. Alleen zo kun je ze verder helpen. Want geloof me, ze willen allemaal slagen.’

Het hele verhaal lezen? Je vindt het hier op de website van Vice Versa.

Tips & Tricks

#zijspeeltmee is een samenwerking tussen ISA en Vice Versa en wordt mogelijk gemaakt door het Frame Voice Report programma van Wilde Ganzen – gefinancierd door de Europese Unie.

Contact us

The Netherlands
Marathonloop 1
5235 AA ‘s-Hertogenbosch
info@zijspeeltmee.nl
+31 (0)73 64 94 256